Ga naar inhoud

Voorrangsregels tram: zo zit het

De tram rijdt maar in een paar Nederlandse steden. Veel mensen hebben er dus niet elke dag mee te maken. Ga je een dagje naar een stad waar wel trams rijden? Dan is het goed om te weten hoe de verkeersregels werken. Lees wanneer een tram voorrang heeft en welke verkeersregels belangrijk zijn.

Wat zijn de voorrangsregels bij een tram?

Een tram heeft op een gelijkwaardige kruising altijd voorrang. Ook als de tram van links komt.

Andere voorrangsregels bij trams

Normaal geldt: wie een lange bocht maakt, moet de korte bocht voor laten gaan. Maar bij een tram werkt dat anders. Ook als jij de korte bocht hebt, moet je de tram voorrang geven.

Ook als jij rechtdoor rijdt en de tram slaat af, moet je voorrang geven. Trams gaan dus vaak vóór.

Verder geldt dat je een tram rechts mag inhalen en dat je nooit op een trambaan mag rijden. Soms zijn er tramrails op de normale weg, dan mag je er natuurlijk wel op rijden.

Wanneer heeft een tram géén voorrang?

Een tram moet zich houden aan verkeerslichten en verkeerstekens. Die gaan altijd boven de gewone verkeersregels.

Denk bijvoorbeeld aan haaientanden of een rood stoplicht. Of aan een zebrapad waar iemand over wil steken. In die gevallen moet ook een tram stoppen.