Verkeersregels rotonde: voorrang en richting geven
Rotondes zie je steeds vaker in het verkeer. Maar hoe werken ze precies? En wie heeft er voorrang op een rotonde? Op deze pagina lees je de belangrijkste verkeersregels en hoe het zit met verschillende soorten rotondes in Nederland.
De voorrangsregels op een rotonde
Rijd je naar een rotonde toe? Let dan goed op borden en tekens op de weg.
- Geen verkeersborden of tekens? Dan geldt: verkeer van rechts gaat voor. Je hebt dan voorrang als je de rotonde op wilt rijden.
- Wel verkeersborden of haaientanden? Dan geldt meestal: verkeer dat al op de rotonde rijdt, heeft voorrang.
Hoe zit het met richting aangeven op een rotonde?
Als je een rotonde op rijdt, hoef je geen richting aan te geven. Verlaat je de rotonde? Dan moet je wel je richting aangeven. Je gaat dan namelijk naar rechts. Houd fietsers die nog op de rotonde rijden in de gaten. Die hebben namelijk voorrang.
Soorten rotondes
In Nederland zijn er meerdere soorten rotondes. Elke rotonde heeft eigen regels:
- Voorrangsrotonde: meest voorkomende rotonde. Je moet verkeer dat al op de rotonde rijdt, voorrang geven.
- Minirotonde: kleine rotonde met één rijstrook. Je volgt dezelfde regels als bij een gewone rotonde.
- Dubbele rotonde (meerstrooks): heeft twee of drie rijstroken. Je sorteert pas voor op de rotonde zelf.
- Turborotonde: heeft ook meerdere rijstroken, maar met voorsorteerstroken. Je kiest je richting vooraf.
- Ovonde: ovale rotonde met meer dan vier wegen. Vaak gekozen als twee rotondes naast elkaar niet passen.
- Bottonde: bestaat uit twee kleine rotondes met een stukje weg ertussen. De vorm lijkt op een hondenbot.
Hoe hard mag je rijden op een rotonde?
Op een rotonde rijd je meestal 20 tot 30 km/u. Dit doe je in de tweede of derde versnelling. Zo kun je goed inschatten wat er gebeurt en rijd je veilig en rustig de rotonde over. Geef pas weer gas na het verlaten van de rotonde.