Ga naar inhoud

Wegmarkeringen: uitleg en betekenis

Je ziet ze overal op de weg: lijnen, pijlen, tekens en symbolen. Ze helpen om het verkeer veilig en duidelijk te houden. Wegmarkeringen laten je zien wat je wel en niet mag doen, en waar je wel of niet hoort te rijden. Hier lees je wat wegmarkeringen zijn en wat ze doen.

Wat is een wegmarkering?

Wegmarkeringen zijn er om het verkeer te regelen. Ze zorgen voor duidelijkheid en veiligheid. Wegmarkeringen zijn bijvoorbeeld strepen op de weg, haaientanden, pijlen of blokmarkeringen.

De meeste wegmarkeringen zijn wit. Maar bij wegwerkzaamheden zie je vaak gele markeringen. Die gelden tijdelijk. In dat geval volg je dus de gele lijnen in plaats van de witte.

Welke wegmarkeringen zijn er?

Er zijn veel soorten wegmarkeringen. Elke markering heeft een eigen betekenis. Hieronder zie je een paar belangrijke markeringen en wat ze betekenen:

Haaientanden

Witte driehoeken op de weg noemen we haaientanden. Deze wegmarkering geeft aan dat je voorrang moet verlenen aan andere weggebruikers.

Haaientanden herken je aan de omgekeerde, witte driehoeken op de weg

Zebrapad

Het zebrapad is een plek waar voetgangers veilig over kunnen steken. Ook gebruikers van een gehandicaptenvoertuig hebben hier voorrang.

Het zebrapad herken je door de brede witte strepen op de weg

Busbaan of busstrook

Een busbaan of busstrook mag alleen gebruikt worden door weggebruikers die daar horen. Denk daarbij aan een bus, lijnbus of een taxi. De wegmarkeringen geven aan wie de busbaan mag gebruiken.

Busbaan herken je door de witte woorden 'lijn bus' op de weg

Fietsstrook

De fietsstrook is bedoeld voor fietsers. Soms mogen ook brommers hier rijden. Dat staat dan aangegeven met een bord.

De fietsstrook herken je aan de rode kleur met een fietslogo

Doorgetrokken streep

Een doorgetrokken streep geeft aan dat je hier niet overheen mag rijden. Dus ook niet inhalen, keren of afslaan.

Onderbroken streep

Je mag wel over een onderbroken streep heen rijden. Bijvoorbeeld als je een andere auto wilt inhalen of voorsorteren.

Stopstreep

Een stopstreep zie je bijstoplichten, treinovergangen en stopborden. Zie je zo’n streep? Dan ben je verplicht om te stoppen. Je moet hier volledig stoppen, afremmen is niet genoeg.

Een stopstreep herken je aan een brede witte lijn vlakbij een stoplicht, treinovergang of stopbord

Parkeren

Parkeerplaatsen of parkeerzones worden vaak met bepaalde markeringen aangewezen. Parkeer je op een stoep met een blauwe streep? Dan mag je hier alleen parkeren met een parkeerschijf. Verder zijn er ook speciale parkeerplaatsen voor gehandicapten. Deze herken je aan een bord met een rolstoelsymbool.

Invalideparkeerplaats herken je aan het bord waar een persoon met rolstoel afgebeeld staat en soms is het parkeervak blauw

Pijlen op de weg

Soms zie je op de rijbaan een pijl. Deze geven aan welke richting je moet volgen. Zoals een pijl naar rechts bij afritten op de snelweg.

Meer lezen over verkeersregels