Bandenspanning motor: waar moet u op letten?

Als u met de motor op pad gaat, is het belangrijk dat uw bandenspanning voldoende is. Een goede bandenspanning zorgt er namelijk voor dat uw banden genoeg grip hebben op de weg, waardoor u veilig kunt rijden en remmen. Dit is zeker belangrijk als er gladheid op de weg is door bijvoorbeeld regen, ijzel of (natte) sneeuw. Maar hoe weet u of uw bandenspanning goed is? Hoe meet u deze en hoe stelt u de spanning bij als deze te hoog of laag is? Univé legt het u haarfijn uit. 

Een goede bandenspanning voor uw motorbanden 

Maar hoe weet u dan of de bandenspanning van uw motor goed is? Dit is te meten aan de druk in de banden. Voor motoren geldt in de regel een ideale bandendruk van 2 bar voor de voorband, en 2,5 bar voor de achterband. De precieze drukvereisten verschillen per type motor, maar dit is de algemene regel waarmee u rekening kunt houden. Wilt u weten wat precies de juiste bandenspanning is voor uw motor? Dit is doorgaans terug te vinden in het onderhoudsboekje. Raadpleeg dit boekje om te zorgen dat de bandenspanning van uw motor optimaal is voor een veilige rit.  

Te lage of te hoge bandenspanning

Wat gebeurt er dan als de bandenspanning van uw motor niet aan de eisen voldoet? Als uw bandenspanning te laag is, krijgt u te maken met een hoger brandstofverbruik en snellere slijtage van uw banden, met name aan de zijkanten. Ook is uw motor minder stabiel in bochten. Is de druk lager dan 1 bar? Dan kunnen uw banden zelfs uit de velgen lopen, wat erg gevaarlijk is. 

Is uw bandenspanning daarentegen te hoog? Dan hebben de banden minder vering, waardoor de motor haast kan gaan stuiteren. Ook treedt hierdoor sneller slijtage op, vooral in het midden van de band. Bovendien verliezen banden met te hoge bandenspanning sneller het contact met de weg bij oneffenheden, zoals een hobbel of tak op de weg. Dit kan leiden tot gevaarlijke situaties. Zorg daarom dat de bandenspanning van uw motorbanden niet hoger wordt dan 3 bar.