Aandoeningen
- Teek
- Kattenziekte
- Haarbal
- HCM en hartfalen
- Huidproblemen
- Wormen
- Vlooien
- FIP
- Niesziekte
- Parvovirus
- Kattenaids
- Kattenleukemie
- Overgeven
- Suikerziekte
- Ringworm
- Oogontsteking
- Oormijt
- Blaasgruis
- Blaasontsteking
- Bronchitis
- Diarree
- Abces
- Nierfalen
- Artrose
- Kat wil niet eten
- Epilepsie
- Hyperthyreoïdie
- Hoge bloeddruk
- Heupdysplasie
- Gebroken poot
- Tandsteen
- Vuurwerkangst
Wormen bij je kat
Katten hebben vaak last van wormen. Lees hoe je jouw kat tegen wormen beschermt.

Wat zijn wormen bij katten?
Wormen zijn parasieten. Dit zijn kleine beestjes die alleen op of in een mens, dier of plant kunnen leven. Deze beestjes kunnen in het maag-darmkanaal van je kat gaan zitten. Het maag-darmkanaal loopt van achter de keel tot aan het poepgat van de kat. De wormen pakken voedingsstoffen af. Dat is niet goed voor de gezondheid. Je kat kan daardoor bijvoorbeeld een opgezwollen buik, doffe vacht, diarree of groeiachterstand krijgen.
Welke wormen komen voor bij katten?
Als je kat wormen heeft, dan gaat het meestal om:
Spoelwormen (ook wel rondwormen): dit zijn veelvoorkomende wormen bij katten. Ze hebben de vorm van spaghetti: lang, dun en licht van kleur. Ze leven in de darmen van de kat en kunnen zorgen voor buikpijn, braken of diarree.
Lintwormen: dit zijn platte, lange wormen die uit kleine stukjes bestaan. Ze laten resten achter in de vorm van een rijstkorrel. Deze kan je in de poep of in de vacht rond het poepgat van de kat vinden. Lintwormen leven ook in de darmen. Ze geven je kat jeuk en komen vaak door het inslikken van vlooien of het eten van prooien.
Hartwormen of longwormen: je kat kan ook last hebben van hartwormen of longwormen. Deze wormen leven in het hart of de longen van de kat en zijn moeilijk te zien, omdat ze diep in het lichaam zitten. Een dierenarts moet ze vaststellen. Hart- of longwormen kunnen ernstige klachten geven, zoals hoesten, benauwdheid, weinig energie of zelfs schade aan het hart of de longen. Gelukkig komen wormen weinig voor bij katten in Nederland.
Ringworm bij je kat
Ringworm is een schimmel die kan groeien in de huid, haren of nagels van je kat. Ringworm bij je kat is dus geen worm, maar een schimmel.
Hoe krijgt een kat wormen?
Katten die buiten lopen hebben een grotere kans om wormen te krijgen dan katten die binnen blijven. Maar ook katten die binnen blijven, kunnen besmet raken. Je kat kan op verschillende manieren wormen krijgen:
Via moedermelk (spoelwormen): bijna alle kittens raken via de moedermelk besmet met spoelwormen. Daarom is het belangrijk om je kitten te behandelen tegen wormen (ontwormen) op een een leeftijd van 3, 5 en 7 weken. Daarna behandel je ze elke maand, tot ze een half jaar oud zijn.
Door het eten van besmette prooidieren: denk aan muizen, vogels of slakken.
Via vlooien (lintwormen): als je kat een vlo opeet die besmet is met lintwormen, kan je kat zelf ook besmet raken.
Door contact met besmette grond of poep: bijvoorbeeld via je schoenen.
Aan welke symptomen herken je of je kat wormen heeft?
Als je kat wormen heeft, dan merk je dit meestal niet gelijk. Toch kan het vervelende gevolgen hebben. Tekens waaraan je een ziekte kan herkennen, heten symptomen. Aan deze symptomen kan je zien of je kat wormen heeft:
- Gewichtsverlies
- Doffe of slechte vacht
- Diarree of braken
- Opgezette buik (vooral bij kittens)
- Jeuk bij het poepgat
- Zichtbare wormen (in de vorm van een spaghettisliert of rijstkorrel)
- Hoesten of benauwdheid (bij longworm)
Zijn wormen bij je kat besmettelijk voor mensen?
Ja, wormen kunnen helaas ook overgaan naar mensen. Als je kat wormen heeft, kan dat dus ook besmettelijk zijn voor jou. Daarom is het erg belangrijk om te voorkomen dat je kat ze krijgt.
Wormen bij je kat voorkomen
Voorkomen is beter dan genezen. Dit kan je doen om wormen bij je kat te voorkomen:
Behandelen tegen wormen (ontwormen): het belangrijkste is om je kat regelmatig te ontwormen. Je geeft je kat dan een middel tegen de wormen.
Op vlooien controleren en behandelen: omdat vlooien soms lintwormen hebben. Je kat kan zelf lintwormen krijgen door het opeten van besmette vlooien.
Regelmatig schoonmaken: haal bijvoorbeeld poep en dode dieren weg uit je tuin.
Je kat ontwormen: hoe doet je dat, en hoe vaak?
Een ontwormingsmiddel kun je krijgen als pil of eetbare pasta. Maar je kunt ook kiezen voor een vloeistof die je in de nek kunt druppelen. Volwassen katten ontworm je twee tot vier keer per jaar. En komt je kat regelmatig thuis met een dode muis of vogel? Dan kun je het beter nog vaker doen. En met de aanvullende dekking Gebitszorg en preventieve zorg wordt 80% van de kosten voor ontwormingsmiddelen vergoed.
Mijn kat heeft wormen: wat nu?
Neem contact op met je dierenarts als je denkt dat je kat wormen heeft. Of vraag naar ontwormingsmiddelen bij een dierenwinkel. In overleg met een specialist kan je kiezen voor verschillende behandelingen als je kat al besmet is. Er zijn tabletten, pasta, vloeistoffen en druppels.
Voorkomen is beter dan genezen
Door je kat regelmatig te ontvlooien en te ontwormen, voorkom je een besmetting en daarmee de ernstige gezondheidsproblemen die wormen kunnen geven. Hoewel preventieve zorg zoals anti-vlooienmiddelen en ontwormingsmiddelen niet door de huisdierenverzekering vergoed wordt, is het wel belangrijk om je kat regelmatig te behandelen. Zo voorkom je erger en blijft je maatje in goede gezondheid.
Kies voor een kattenverzekering
Waarom zou je je kat verzekeren? De zorg voor je kat kan veel geld kosten. Denk aan de kosten voor een advies van je dierenarts, medicijnen of een operatie. Wormen lijken misschien onschuldig, maar kunnen leiden tot veel gezondheidsproblemen. Met een kattenverzekering van Univé krijg je 80% van medische kosten vergoed. Zo hoef je je geen zorgen te maken over de kosten als je kat zorg nodig heeft.
Misschien wil je ook meer weten over:

Informatie gecontroleerd door een expert
Emily Rodenburg - Bruines
Kennisspecialist Emily Rodenburg-Bruines is verantwoordelijk voor onze huisdierenverzekering. Zij zorgt ervoor dat de productinformatie begrijpelijk én correct is. Dat doet ze samen met productspecialist Aafke Bos en contentspecialist Annebel Ruiter.