Check de nieuwe regels voor drones

1. Registreer jezelf als dronepiloot

Is je drone lichter dan 250 gram én heeft deze geen camera? Dan hoef je niks te doen. Als je drone meer weegt dan 250 gram en/of een camera heeft, moet je jezelf registreren als dronepiloot. Dat kan via de RDW en kost € 23. Als je dit gedaan heb, krijg je een exploitantnummer. Dit is een unieke code die hoort bij jouw registratie. Het exploitantnummer kun je met bijvoorbeeld een sticker op je drone plakken.

2. Haal je vliegbewijs

Als je je drone geregistreerd hebt, is het tijd om je Europees dronecertificaat te halen. Er zijn twee vliegbewijzen. De eerste is het basisbewijs A1/A3. Dit bewijs heb je in ieder geval nodig en kun je halen door een online cursus en toets te doen. De cursus kost enkele tientallen euro’s. Via de RDW vraag je vervolgens voor € 10 je vliegbewijs aan. Deze moet je altijd bij je hebben als je met je drone op pad gaat.

Als je drone zwaarder is dan twee kilo en als je bijvoorbeeld vlak boven mensen wilt vliegen, heb je het aanvullende bewijs A2 nodig. Hiervoor volg je opnieuw een online cursus en doe je een toets.

Via de Dronewijzer kun je makkelijk vinden welk vliegbewijs jij nodig hebt. De overheid heeft acht vliegscholen geselecteerd waar je de cursus kunt doen.

3. Check je verzekering

Drone geregistreerd en vliegbewijs gehaald? Mooi, dan kun je weer op pad met je drone! Check voordat je op pad gaat nog wel even je aansprakelijkheidsverzekering. Het is fijn als je goed verzekerd bent als je drone schade veroorzaakt aan (spullen van anderen). Met een Univé aansprakelijkheidsverzekering zit je goed. Schade door je drone is verzekerd, zo lang je je aan alle regels houdt en je drone minder weegt dan 25 kilo.

Lees meer over onze aansprakelijkheidsverzekering