Ga naar inhoud

12 november 2022Sport

Beter Buiten Bewegen: 5 tips

Wist je dat ‘leren bewegen’ eigenlijk echt bij de opvoeding hoort? Het is goed je kind al jong vertrouwd te maken met het idee dat stilzitten niet zo gezond, en veel bewegen juist lekker gezond is. En dan vooral buíten bewegen.

Buiten zijn ook de frisse lucht, de zon en de stofjes die planten en bomen afscheiden goed voor de fysieke en mentale gezondheid van je kindje, voor een sterk immuunsysteem bijvoorbeeld en tegen stress. Samen bewegen geeft bovendien mooie ‘quality time’. Vijf tips waarmee je zó naar buiten kan.

1 Wen aan wandelen

Probeer maar en je zult het zien: je peuter die net kan lopen, vindt niets leuker dan een paar minuten áchter de buggy te lopen en deze te duwen. Houd die ambitie vast! Wen je kind aan wandelen. Bijvoorbeeld naar kinderopvang, school of winkel. Moeite met de motivatie? Maak het ‘ommetje’ dan spannend door bij elke 5e (of 10e) boom of lantaarnpaal een sportieve uitdaging te verzinnen: een gekke sprong, kniebuigingen, enzovoorts.

2 Cijfers en letters

Voor kleuters die net cijfers en letters leren, is een huisnummer-bingo in de buurt een mooie, dynamische uitdaging. Noteer een willekeurig aantal huisnummers op een soort ‘bingokaart’ en laat je kinderen deze wandelend, steppend of fietsend ontdekken. Kennen ze ook de letters al, laat ze dan bijvoorbeeld auto’s zoeken met kentekenplaten met bepaalde combinaties, dubbele letters of dubbele cijfers, bijvoorbeeld.

3 Schatten zoeken

Kinderen zijn ontzettend nieuwsgierig en vooral ‘natuur-nieuwsgierig’. Maak daar gebruik van. Laat ze in het park, in het bos, op het strand, of in boomvoeten of geveltuintjes op zoek gaan naar mooie natuurschatten. Van schelpen tot slakjes en torretjes. Geef ze bijvoorbeeld de uitdaging 10 of 15 verschillende bladeren te vinden. Zo komen ze in beweging én leren ze veel over het buitenleven.

4 Hoe meer hoe beter

Sámen bewegen is natuurlijk nog leuker. Waarom niet met kinderen uit de buurt een eenvoudig voetbaltoernooitje organiseren? Heb je minder ruimte dan kun je ‘flessenvoetbal’ doen. Elk kind krijgt een plastic fles met water. Kinderen gaan in een kring staan, met de fles achter zich op de grond. Al voetballend moeten ze de andere flessen ‘aanvallen’ en de eigen fles ‘verdedigen’. Elke keer als een fles omvalt, gaat er water uit. Het kindje dat het langst water in de fles weet te houden, wint.

5 ‘Net als vroeger’

Je kent ze nog wel, die spelletjes van vroeger. Graaf eens in je geheugen en speel ze weer met je kinderen. ‘Schipper mag ik overvaren’ of ‘Overlopertje’, ‘Annemaria Koekoek’ en ‘Tikkertje’ in allerlei varianten. Of met bal: ‘Stoepranden’ en ‘Stand in de mand’. Google even en je vindt ze allemaal weer terug. Lekker beweeglijk en leuk om met een aantal buurtkinderen te doen.

Lekker bewegen & veel plezier!

Deel dit bericht