Ga naar inhoud

30 maart 2022

1 op 3 ouders besteedt geen aandacht aan online veiligheid in opvoeding

Op maandag 28 maart is de Week van het Geld van start gegaan. Het initiatief, jaarlijks gericht op het voorbereiden van kinderen op financiële redzaamheid in de toekomst, staat dit jaar in het teken van de digitale wereld waarin kinderen opgroeien.

Terwijl scholen in het hele land deze week aandacht geven aan hoe om te gaan met zaken als digitaal zakgeld, online winkels die geen sluitingstijden kennen en ff een tikkie sturen, staat Univé stil bij de online veiligheid van kinderen en de aandacht van hun ouders hiervoor. Volgens onderzoek van de coöperatie besteedt één op de drie gezinnen geen aandacht aan cyberrisico’s in de opvoeding.

Aandacht voor online risico’s met name in lager opgeleide gezinnen laag

Hoewel Nederlanders de kans om slachtoffer te worden van cybercriminaliteit hoog inschatten, is dit volgens onderzoek van MarketResponse bij één op de drie gezinnen in Nederland geen onderwerp van gesprek in de opvoeding. Met name in families met laagopgeleide ouders is de aandacht voor cyberrisico’s met 57% minder groot dan in gezinnen met hoogopgeleide ouders (72%) het geval is. Het significante verschil lijkt hand in hand te gaan met de perceptie van het online gedrag van hun kinderen. Gemiddeld denkt iets meer dan de helft (52%) van de ouders in Nederland dat hun kind alert genoeg is om geen slachtoffer van cybercriminaliteit te worden; het vertrouwen bij lager opgeleiden is met 66% aanzienlijk hoger dan dat van hoogopgeleide ouders (48%).

‘Kinderen digitaal vaardiger dan ouders’

Meer nog dan alert, vinden ouders hun kinderen digitaal erg bekwaam. Op een schaal van 1 tot 10 geeft maar liefst 65% van de ouders hun kinderen een 8 of hoger als het gaat over de mate waarop ze met computers, tablets en smartphones overweg kunnen. Een beoordeling die ouders in mindere mate voor hun partner (51%) zien weggelegd. Slechts 12% van de ouders vindt hun kinderen digitaal onbekwaam, een percentage waar logischerwijs jonge ouders (18-34 jaar) met ruim 25% een significante bijdrage in hebben.

Moeders bezorgder over kind online dan vaders

Ondanks een aanzienlijk vertrouwen in hun kinderen is de vrees onder ouders dat hun kind online problemen overkomt er wel degelijk. In Nederland schat 30% van de ouders de kans groot tot zeer groot in dat hun kind(eren) daadwerkelijk slachtoffer worden van cybercriminelen, een percentage dat onder jonge ouders op bijna 40% ligt. Opmerkelijk is het verschil in vertrouwen tussen ouders. Terwijl ruim 34% van de moeders vreest dat hun kinderen vroeg of laat te maken krijgen met cybercriminelen, hebben vaders significant minder zorgen om de goede afloop van het nageslacht online. Sterker nog, het aantal vaders dat verwacht dat hun zoon of dochter cybercriminaliteit overkomt is met ruim 24% zelfs iets lager dan het aantal dat ‘de gemiddelde Nederlander’ een groot risico toedicht cybercrimeslachtoffer te worden (ruim 26%).

Jongeren even gemakkelijk slachtoffer als ouderen

‘Vaak wordt verondersteld dat het vooral ouderen zijn die slachtoffer worden van cybercriminaliteit, omdat zij niet zijn opgegroeid in het digitale tijdperk en misleiding minder goed zouden herkennen’, aldus Henk de Zwaan, die als cyberhulpexpert van Univé nauw betrokken was bij het opzetten van de cyberhelpdeskservice die Univé vorig jaar in het leven riep. ‘Maar kinderen en jongeren worden evenzeer gemakkelijk slachtoffer, juist omdát ze zijn opgegroeid in het digitale tijdperk en online media van jongs af aan doorlopend deel uitmaken van hun leven. In combinatie met hun relatieve zorgeloosheid maakt dit kinderen minder argwanend. Voor ouders is het van belang kinderen te praten over wat ze doen op internet en uit te leggen waar ze voor op moeten passen. Dat gebeurt nu nog te weinig.’

Belangstelling zonder oordeel

Eén van de zaken die je volgens De Zwaan als ouder met je kind zou moeten bespreken is het gebruik van wachtwoorden. Of liever zelfs wachtzinnen. ‘Leg uit waarom het wachtwoord moeilijk te raden moet zijn. Verzin er gezamenlijk een, om dit vervolgens samen ook geheim te houden en alvast af te spreken wanneer je ook samen een weer een nieuw wachtwoord gaat bedenken om het oude te vervangen,’ aldus één van De Zwaans tips. Daarnaast is het volgens hem belangrijk om regelmatig interesse te tonen in wat ze online doen. ‘Toon belangstelling en vraag objectief, zonder oordeel, zodat het veilig is voor een kind om erover te vertellen. Met kritiek of betutteling bereik je het tegenovergestelde en bestaat de kans dat hij of zij dichtklapt. En kom je er niet achter of je kind eventueel slachtoffer – of dader – is van cyberpesten bijvoorbeeld.’

Deel dit bericht